Ons Zeeland 1931, Groot Rotterdam, De Zeeuwsche Editie jaargang 1931, nummer 04, 10 april 1931

Vorige nummer Volgende nummer Overzicht Online zoeken

Bruggen in Zeeland

Zeeland, het land van water, heeft betrekkelijk maar weinig bruggen. Het is nog maar kort geleden, dat 'n vaste verbinding in den vorm van een brug van een der eilanden met het vasteland tot stand kwam: de Thooische brug. In de geschiedenis van Zeeland 'n historisch moment. En niet alleen één moment, want er komen er meer. Mogelijkerwijze wordt in de naaste toekomst ook Schouwen door middel van 'n brug met 't vasteland verbonden. Ook schrijven de kranten den laatsten tijd voortdurend over 'n brug over de Westerschelde. Daarvan zien we overigens nog weinig komen. Het is ook de vraag, of Zeeland direct met een dergelijkeverbinding gediend zou zijn. Indien er niet mee gepaard ging 'n totale reorganisatie van het tramverkeer in Zeeuwsch-Vlaanderen, zou dit deel van onze provincie er al weinig aan hebben. En voor de naaste toekomst lijkt het ons veel belangrijker, dat het aantal bootdiensten - waar noodig - wordt uitgebreid. Een knappe rekenaar heeft wet aangetoond, dat de kosten van een dergelijke brug niet hooger zouden zijn dan het bedrag, dat jaarlijks besteed wordt aan den bootdienst, maar dat rekensommetje is door de Terneuzensche Courant afdoende weerlegd. Van dit plan zien we dus voorloopig niets komen. Een brug over de Kreek behoort ook nog wel thuis op 't gebied van 't onwaarschijnlijke. Noord-Beveland is hiervoor als achterland niet groot genoeg. We zullen het dus voorloopig nog wel met meerdere bootdiensten moeten doen.

Opvallend is het, dat, waar we in onze provincie nu bijna alom over electriciteit beschikken, er nog zoo weinig electrisch geoutilleerde bruggen zijn. Het is begrijpelijk, dat niet elke brug voorzien kan worden van een elektrische draai-installatie, maar de grootere konden daarvoor toch wel in aanmerking komen. Het belangrijkst is dit wel voor de bruggen, die gebruikt worden voor het doorgaand verkeer; b.v. de Schoubrug over het Zuid-Bevelandsch kanaal. Dan de Stationsbrug te Middelburg. Men moet daar meestal toch al zoo lang wachten, dat vluggere bediening welkom zou zijn. Zelfs is het nog zoo, dat bv. Zierikzee nog functionneerende ophaalbruggen heeft. Waar tegenover staat, dat b.v. Terneuzen een zeer snel werkende electrische ophaalbrug bezit.

Deze opmerkingen raken een probleem, dat wij hier niet kunnen oplossen, maar toch in ieder geval een, dat de algemeene belangstelling verdient en in het bijzonder die van de betrokken autoriteiten.

Men treft in onze provincie de meest uiteenloopende bruggen aan. Van de steenen bruggen tot de meest moderne zijn alle soorten wel vertegenwoordigd. Een interessante brug is vooral de schipbrug in Vlissingen.

Men ziet dus, dat er in ons gewest al heel wat "overbrugd" is, al zijn veler wenschen op dit punt nog niet in vervulling gegaan. Want er is nog een belangrijke kwestie, en wel, dat de meeste Zeeuwsche bruggen niet meer voldoen aan de eischen, welke het snelverkeer stelt. Er is dus alleszins aanleiding tot een algemeene herziening, hoewel het begrijpelijke is, dat de overheden in dezen erisistijd hun aandacht moeten geven aan problemen, die om een onmiddellijke oplossing vragen. B.

 

Onze Electrische Tram

Onze elektrische tram is populair en niet-populair. Populair is ze op drukke dagen, als iedereen van Vlissingen naar Middelburg wil of omgekeerd. Maar laat ze onderweg geen ongelukken maken, want dan scheldt iedereen, die er anders zoo graag mee rijdt, met ingezonden stukken tegen onze tram. "Hobbelende geit," schreeuwen ze dan en dat is wel het grootste onrecht. dat de populaire tram kon worden aangedaan. Kijk maar eens op de achterbalkons hoe vroolijk de gezichten staan. Blij, dat ze weer een ritje kunnen maken. En duur is het ook niet. Voor 10 cent met een tienrittenkaart naar Middelburg of Vlissingen en viceversa. Neen, werkelijk, ons trammetje, ons eenige electrische trammetje in heel Zeeland, mag er zijn. Laten we er zuinig op blijven. Binnenkort jubileert ze, geloof ik.

'n Feit, dat niet ongemerkt mag voorbijgaan. Dan kunnen we onze dankbaarheid betuigen tegenover P.Z.E.M., die ze thans exploiteert en loopende houdt. Want wat zouden de Vlissingers Donderdags moeten beginnen en in den zomer de Middelburgers zonder tram?