Ons Zeeland 1931, Groot Rotterdam, De Zeeuwsche Editie jaargang 1931, nummer 28, 25 september 1931

Vorige nummer Volgende nummer Overzicht Online zoeken

Langs de wegen

Langs de wegen stroomt het leven. In de groote steden jaagt het, in de kleinere gaat het bedaard zijn gang, op het platteland kruipt het met een stakkengangetje. Wij zijn maar voor 't laatste! Al die drukte, de herrie van een groote stad, het is wel eens aardig om het aan te zien, maar om er middenin te moeten leven, dat is iets heel anders.

Nee, leve het platteland, dat nog de bekoring van het langzame heeft. Hier geen gevaar, weggemaaid te worden door een razend autoverkeer; hier niet de kans de longen vol stof te krijgen. Maar landelijkheid, paadjes en weggetjes, alleen betreden door een enkelen arbeider en minnende paartjes, dat is je ware!

En van die paadjes en weggetjes heeft Zeeuwsch-Vlaanderen veel. Over 't algemeen is overigens de toestand der wegen in dat deel van ons gewest niet zoo erg benijdenswaardig. Er valt daar nog heel wat op te knappen, zoowel wat de kwaliteit van de wegen als de gevaarlijke bochten betreft!

Maar gezellig is het, dat leven op de Zeeuwsch-Vlaamsche wegen. Het is zoo heel anders dan dat in overig Zeeland en geheel verschillend van dat buiten Zeeland.

In Zeeuwsch-Viaanderen loopt men niet alleen langs den weg, men leeft

er op den weg. We bedoelen dat goed, want het is ons sympathiek. Over 't algemeen leven wij, Nederlanders, veel te veel in donkere, sombere achterkamers. We loopen eens een straatje om als het mooi weer is, maar daarbij blijft het. En soms zien we de straat niet meer dan hoogst noodzakelijk is.

In Zeeuwsch-Vlaanderen is dat anders. Men beschouwt den weg er niet als een noodzakelijk kwaad, dat men nu eenmaal hebben moet, en dat gevaren en stof oplevert; maar als een soort uitspanningsplaats. Als het werk aan kant is, en het weer laat het maar eventjes toe, dan naar buiten.

Stoelen voor de deur; pijp en breikous, en daar zitten ze, heele rijen van rustige burgers aan den weg! Geen gegluur van achter horretjes, maar open en vrank en vrij. Hoe veel burenruzies zullen hierdoor worden vermeden? Laten we ze niet probeeren te tellen. Maar zeker is het, dat dit langsden-weg-leven groote voordeelen heeft en de Vlaamsche gemoedelijkheid in de hand werkt. Bovendien, is het niet veel gezonder?

Het Zeeuwsch-Vlaamsche leven langs den weg is schilderachtig. Zie de hoogwielige wagens, die de lange boomstammen voortsleepen. Zie de drift koeien, die kalm en genoeglijk naar de wei wandelt. Zie de burgers van Zeeuwsch-Vlaanderen, wielrenner of niet, maar allemaal op hun velo, mèt of zonder kromgehogen stuur!

Sommige gedeelten van Zeeuwsch-Vlaanderen vormen als het ware één straat, kilometer-lange bebouwde wegen; huis na huis, met gezellige cafétjes er tusschen.

Het Zeeuwsch-Vlaamsche leven is wel ongedwongen; het is vroolijk, het is gemoedelijk.

Het is het leven van menschen die den eenvoud liefhebben en hun werkzaamheden afwisselen met eenvoudige genoegens.

Ja, wat daar niet al te zien valt, langs de Zeeuwsch-Vlaamsche wegen. Maar dat te toonen, is beter aan den fotograaf toevertrouwd!

Z.

 

SCHUDDEBEURS

Schudt de beurs, gij blijde zomergasten

die hier komt om U wat te vermaken.

en om landelijk genot te smaken,

'n Zomer rijkdom na een winter vasten.

Niets zal hier de zomervreugde storen

slechts het trammetje kruipt soms voorbij

langzaam, langzaam gaat het omdat zij

sparen wil onze vermoeide ooren!

D'eeuwenoude olmen steken fier

hun geweld'ge kruinen opwaarts; later

zweeft een vogel roepend over 't water.

stijgt en daalt met eleganten zwier

 

Zeeuwsche Sport

Middelburg zal tevreden zijn over de 4-1 overwinning op Mevo, doch ongetwijfeld niet voldaan over 't vertoonde spel. Het elftal, dat toont wel over goede voetbalcapaciteiten te beschikken,heeft in verschillende linies nog spelers staan, die zich moeten "inspelen." Hoewel de kracht van "M'burg" aanmerkelijk grooter is dan die van Mevo, toonen zich nog verschillende fouten en tekortkomingen in het team, die op een gegeven moment noodlottig kunnen worden. Ieder, die eenigen kijk op voetbal heeft, zal evenwel moeten toegeven, dat verschillende spelers individueel hun plaats ten volle waard zijn. Het pechduiveltje, dat zich op het Meelfabriekterrein gevestigd schijnt te hebben, is bij oogenblikken weer geducht gaan meespreken en wel ten voordeele van de Mevo-menschen.

Wanneer we overgaan de elftallen aan een wat nadere beschouwing te onderwerpen, komen we allereerst bij de Middelburg-voorhoede. Ons kon de aanval als geheel slechts bekoren in de laatste oogenblikken van den strijd, toen 'n flink open spel gegeven werd. Speciaal voor de rust werd te veel kort spel gegeven, dat tegen de goed verdedigende Mevo-backs niet tot succes kon leiden. Vogel leek ons nog niet op volle kracht, al dient daarbij direct gemeld te worden, dat de Mevomannen hem geducht in het oog hielden. Het kwam daarbij geregeld tot botsingen, waarbij eenige Mevo-spelers zich niet direct van een fairen, sportieven kant deden kennen. Van de M'burg-binnenspelers was Suikerbuyk de man, die de kansen benutte en met zijn gevaarlijke, onverwachte schuivers Middelburg aan doelpunten hielp. In het veld is zijn spel niet superieur, maar als schutter moet ieder hem waardeeren. De Bruyn zwoegt geweldig, terwijl hij ondanks zijn kort postuur goed kopwerk verricht. Becks op den vleugel heeft nog voetbalbloed in de aderen, dat hem in staat stelt, ondanks zijn leeftijd, deze plaats te bezetten. Hij moet evenwel "zijn lijn houden" daar bij aan snelheid wat heeft ingeboet. De rechtervleugel werkte naar behooren. Niettemin vonden wij, dat de Mevo-aanval vlugger combineerde als het tot een aanval kwam. Vooral in 't begin had de M'burg-aanval hiertegenover een stuntelig aanzien. De middenlinie van Mevo had de handen vol aan de verdediging, doch zoodra aanvallen mogelijk was deden zij dit wel beter dan de M'burg-middenlinie, welke nog niet voldoende steunt. We moeten ons oordeel over dit deel van het elftal opschorten tot F. Leynx is opgenomen, terwijl we van Dirkse nog niet een juisten indruk kunnen krijgen. De verdedigingen zoowel van Mevo als van Middelburg waren goed. De linksback der Bergenaren werkte keurig en heeft met den uitstekend spelenden keeper het elftal voor een zware nederlaag behoed.

Aan de andere zijde komt Leynx op den voorgrond, door zijn krachtig ingrijpen, terwijl vooral zijn kopwerk zich in een gunstige richting ontwikkelt. Niettemin mag aanvoerder Geelhoed niet vergeten worden, want ook bij staat zijn mannetje. Keeper Dingemans is een vraagteeken. We mogen van dezen wedstrijd niet te veel zeggen, omdat hij weinig moeilijk werk kreeg, doch de eerste indruk is verre van schitterend.

De scheidsrechter was een onbekende "grootheid," die zijn eersten wedstrijd in Middelburg floot. De Zeeuwsche lucht had ongetwijfeld een ongunstigen invloed op hem. Van leiderscapaciteiten heeft hij niet veel moois ten toon gespreid. Daar komen ongelukken van!

Op z'n Burregers.

Pier, zee Piete op 'n aevend,

ik gae merrege uut den dracht.

Piete! zee 't un, 'k zà 't besturve!

Dat à'k nooit van joe 'edacht!

Al de vrouwlien op de 'oeve

droege altied 't boeregoed,

En noe gae jie op z'n burgers?

Je mò mae wete wà je doet.

Pier, zee Piete, van de stikken

en de beuken en den doek

en de kraelen rond m'n nikke

en de keuzen, d'omslagdoek,

è'k genogt ; ik kà je zegge

't zit m'n eindelieng tot 'ier;

je kan 'oage of laege sprienge,

Ik gae op z'n burgers, Pier.

Piete gieng toen nae den kapper

en ze zee : 'k mà kap'aer è;

Wat bedoelt u, dame? vroeg die

En zie : J'ei me'n best verstae.

Kap'aer zee ik, gauw 'n bitje

Wan 'k mò daken wee terug....

En de kapper, niet begrijpend,

knipt haar kaal tot op haar rug....

Piete kwaed! Dà kà je snappe!

mie 'n 'eele kael@, kop!

Ze nam gauw d'r boeremusse

en die dee ze mae wee op ....

B. P.

Zeeuwsche Omroep

Hallo! Hallo! hier is de persdienst van den officieelen Zeeuwschen Omnroep. Het verder vertellen van deze berichten is geoorloofd.

Men meldt ons uit Baarland, dat een Goesche chauffeur het bestaan heeft om den strijd tegen een volwassen paard aan te binden. In volle vaart reed hij tegen het beest aan met zijn Mereedes. De auto, die 't won, bleef op den weg staan, terwijl het paard over een sloot werd geslingerd. In Baarland is men hierover verbaasd. Wij deelen dat gevoelen niet. Het spreekt o.i. vanzelf, dat een twaalf-paardekrachts benzine-motor de baas blijft over 'n één-paardekrachts havermotor met zweepstarter.

Een Zeeuwsch krantenlezer deelt ons zijn beklag. Vroeger gaf slechts één provinciaal blad het vervelende lijstje van de wekelijksche besmettelijke ziekten in Zeeland en tegenwoordig is de geheele pers tot die leelijke gewoonte overgegaan. Weinig aan te doen! 't Betreft hier immers iets besmettelijks!

In Zeeuwsche astronomische kringen is een enorme beroering gekomen door het feit, dat een Middelburgsche sterrekundige, met een voortreffelijken kijker, ontdekt heeft, dat het mannetje in de maan af en toe in Zeeuwsch costuum optreedt. Het verschijnsel, dat eerst in twijfel werd getrokken, is nu ook door het Wetenschappelijk Genootschap erkend, zoodat iedereen het nu dient aan te nemen. Tot voor kort wist men geen verklaring voor dit bevreemdend voorval, deze week kwam echter een van de eminentste autoriteiten te Vlissingen op 't idee, dat er zooveel bankiers uit onze provincie naar de maan gingen. Waarschijnlijk hebben die bedoeld mannetje in de kleeren gestoken.

Onze plaatselijke medewerker te Schore seinde ons onder code, dat de schapenschurft onder de schapen van 'n landbouwer is uitgebroken. Wij vinden dit een nieuwtje, dat geen cent waard is. Onze actieve medewerker zal op belooning moeten wachten totdat hij mededeelen kan, dat bedoelde, onvoorname ziekte woedt onder de kanarie-vogels of boeren-nachtegalen.

Een ingezetene te Goes meldt ons, dat hij zich uitermate geërgerd heeft over de drukte, die er in de plaatselijke pers door 't museumbestuur gemaakt werd over de schenking van 'n ouden lepel.

Wij herinneren dezen verstoorden burger aan het feit, dat opscheppen met 'n lepel dagelijks gebeurt.

Uit Scherpenisse schreef men ons, dat 'n juffrouw, die tegen een telefoonpaal gereden is, zeer leelijk terecht kwam. Men verzocht ons een goed woord hieraan te wijden.

Dit laatste is ons onmogelijk. Wie connectie zoekt met de palen van de draadtelefoon heeft op geen medelij van den draadloozen omroep te rekenen.

In Hanweert is een woedende melkoorlog uitgebroken. De prijs per liter daalde in twee dagen tot een paar centen. De huismoeders durven desondanks niet hierom te lachen: ze vragen zichzelf af of zij misschien niet beter konden huilen omdat zij altijd te veel betaalden.

Tot de volgende week, dames en heeren!